Het Sinterklaasfeest was een hele gebeurtenis. En dan vooral in de jaren dat Jan Pampiermole de goedheiligman speelde.
Nu was het met Jan altijd wel lachen maar als Sinterklaas was hij op zijn best. Hij kwam niet altijd op een normale manier binnen en verzon vrijwel ieder jaar weer een bijzondere manier om het feest te starten.
Ik kan mij herinneren dat Sint een keer in een heel klein kastje hoog bovenin de eetzaal verstopt zat en daaruit tevoorschijn kwam. Hij moet er een hele tijd gezeten hebben. Dat evenement is op een foto te zien. De Sint op die foto is Huib van Pamelen omdat Jan toen in militaire dienst zat.

Op de foto's is te zien dat de kadootjes ook soms heel apart aangeleverd werden. Er was een keer een enorm wit paard van papier en karton gemaakt en daar zaten de algemene kado's in. Het was niet zo dat iedereen apart iets kreeg. Er waren spellen waar iedereen iets aan had en ieder jaar werd er weer iets nieuws verzonnen. Zoals met zoveel zaken het geval was droeg de toenmalige PTT weinig bij aan de aankoop van nieuwe dingen. Maar dat kon de Sint weinig schelen.

Er waren lekkere hapjes en de grappen en grollen waren niet van de lucht. Maar wat vooral veel tijd in beslag nam was het Sinterklaasgedicht dat Jabaaij schreef. Aan iedereen die in Het Posthuis verbleef waren vier regels gewijd. En met zo'n 50 man over de vloer kon het voorlezen van zo'n gedicht dus wel wat tijd in beslag nemen. Op sommige foto's is te zien dat het Sinterklaas (en Zwarte Piet) af en toe wel iets te lang ging duren. Een aantal van die lange gedichten zijn er nog.

Zo heeft Jaap van Weelde er één van zeven A-4tjes! Hieronder het stukje dat over Jaap en zijn vrouw (toen vriendin) Yvonne gaat.

ah de beurt aan de vakman
die weet er wel een beetje van
Waarvan ? Ja, dat een andere keer
Vanavond blijven we allemaal heer.
Want Jaap van Weelden ging winkelen dit jaar
met Yvonne en een ander paar
Maar het winkelen verveelde beide heren
dus drukte zij zich vele keren
Zo scheidden toen de teerbeminden
Ze konden de dames niet meer vinden
Die waren reeds naar de wagen gegaan
Daar vonden de heren ze later staan
Yvonne riep Jaap, ik hou van jou
Ga weg zei Yvonne.ik verrek van de kou
de rest van het gesprek is mij niet verteld
anders had ik dat ook nog wel verteld.